SV | En alle volken zullen hem, en zijn zoon, en zijns zoons zoon dienen, totdat ook de tijd zijns eigenen lands kome; dan zullen zich machtige volken en grote koningen van hem doen dienen. |
WLC | וְעָבְד֤וּ אֹתֹו֙ כָּל־הַגֹּויִ֔ם וְאֶת־בְּנֹ֖ו וְאֶֽת־בֶּן־בְּנֹ֑ו עַ֣ד בֹּא־עֵ֤ת אַרְצֹו֙ גַּם־ה֔וּא וְעָ֤בְדוּ בֹו֙ גֹּויִ֣ם רַבִּ֔ים וּמְלָכִ֖ים גְּדֹלִֽים׃ |
Trans. | wə‘āḇəḏû ’ōṯwō kāl-hagwōyim wə’eṯ-bənwō wə’eṯ-ben-bənwō ‘aḏ bō’-‘ēṯ ’arəṣwō gam-hû’ wə‘āḇəḏû ḇwō gwōyim rabîm ûməlāḵîm gəḏōlîm: |
En alle volken zullen hem, en zijn zoon, en zijns zoons zoon dienen, totdat ook de tijd zijns eigenen lands kome; dan zullen zich machtige volken en grote koningen van hem doen dienen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En alle volken zullen hem, en zijn zoon, en zijns zoons zoon dienen, totdat ook de tijd zijns eigenen lands kome; dan zullen zich machtige volken en grote koningen van hem doen dienen.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!